Levenslang lezen: enkele inzichten uit Spaans Baskenland en Andalusië

Hoe kunnen we leesbevordering stimuleren bij kwetsbare groepen? Met die vraag trok onze beleidsmedewerker naar Spanje, om er ervaringen uit te wisselen in een land dat voor prangende demografische uitdagingen staat. Hieronder volgt een verslag van een boeiend uitwisselingsproject.

door Simon Bequoye
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest

In Polígono Sur, een woonwijk net buiten het centrum van Sevilla en tevens een van de armste woonwijken in Europa, staat tussen de afgebladderde woontorens een cultuurcentrum. Vandalen hebben enkele ruiten vernield, maar binnenin merk je daar niks van. Een grote aula staat ter beschikking van de gemeenschap, er worden heel wat activiteiten georganiseerd met de bewoners opdat zij van alle mogelijke kunstvormen kunnen genieten. Mar González, de voormalige wijkcoördinator die me rondleidt, stopt even bij een boekenkastje in de gang, waar passanten kunnen lezen en een boek kunnen meenemen naar huis. “Kunst en boeken zichtbaar maken in deze wijk is zo belangrijk. Door het zicht- en tastbaar te maken, tonen we dat boeken ook hier in Polígono Sur een plek hebben. Zo starten we al met een kleine kans te creëren – een kans waarbij de bewoners gestimuleerd worden tot ontdekking en verbeelding.
Dat vormt de kiem voor het verdere leren.”

Leerkansen

Leesbevordering gaat verder dan ‘lezen stimuleren’. In een kennismaatschappij is leesbevordering een hefboom tot participatie: goed kunnen en graag lezen zorgt ervoor dat we volwaardig kunnen deelnemen aan onze samenleving. Zeker bij kwetsbare groepen kan een lage taal- of leesvaardigheid drempels opwerpen die maatschappelijke betrokkenheid en participatie in de weg staat. Lezen is dan ook geen luxe, maar een basisrecht van elke individuele burger. 

Hoe kunnen we in Vlaanderen die leerkansen wat leesbevordering betreft nog meer stimuleren bij kwetsbare volwassenen, zoals anderstalige nieuwkomers, laaggeletterden of ouderen? Er lopen al enkele initiatieven zoals samenlezen voor NT2-studenten. Omdat ik zelf wat vertrouwd ben met de demografische context van Spanje, wou ik in twee Spaanse regio’s een werkbezoek inplannen bij verschillende culturele, literaire en educatieve organisaties die zich inzetten voor kwetsbare doelgroepen, met als doel inzichten te verwerven om bibliotheekprofessionals in Vlaanderen te inspireren.

Van het noorden naar het zuiden

“De meertalige context in het Baskenland en het hogere leeftijdsgemiddelde in Andalusië vormen relevante vergelijkingen voor Vlaanderen.”

Met financiële steun van Erasmus+ [het programma van de Europese Unie voor scholieren, volwassenen, jeugdwerkers, personeel en samenwerkingen tussen instellingen] trok ik enkele maanden geleden naar het Baskenland (San Sebastián) in het noorden en Andalusië (Sevilla) in het zuiden. Als meertalige autonome gemeenschap kent het Baskenland enkele sociale uitdagingen op vlak van inclusie en (talige) diversiteit. Andalusië is dan weer de gemeenschap met het hoogste inwonersaantal. Haast 1 op 5 inwoners is ouder dan 65 jaar, waardoor de nood groeit aan zorg en ondersteuning aan ouderen. Beide perspectieven zijn dan ook relevant in vergelijking met Vlaanderen, waar bijvoorbeeld veel woonzorgcentra en ouderenorganisaties een betekenisvol (cultureel) programma willen aanbieden aan ouderen.

Nog even een kanttekening voor we naar San Sebastián trekken, de eerste stop in het werkbezoek. Amper 50 jaar geleden ging Spanje van een dictatuur over naar een democratie. Van een gecentraliseerd bestuur ging er beetje bij beetje meer macht naar de autonome regio’s. Naast de strijd voor onafhankelijkheid in sommige regio’s – zoals Catalonië of het Baskenland – betekent het gedecentraliseerd bestuur vooral dat er op vlak van cultuur, onderwijs en welzijn grote verschillen zijn tussen de regio’s. Het Plan de Fomento de la Lectura, het nationale leesbevorderingsbeleid voor 2021-2024, kende dan ook niet veel weerklank op lokaal niveau. Des te interessanter om enkele methodieken te vergelijken in twee verschillende regio’s. Eerste halte: San Sebastián in het Baskenland!

Taal als toegangspoort

© Simon Bequoye en Iedereen Leest

San Sebastián is als derde grootste (naar inwonersaantal) stad in het Baskenland bekend als kuststad waar veel sterrenrestaurants hun pintxos serveren. Tussen de vele toeristische tapasbars loop je zo voorbij de kinder- en jeugdbibliotheek die zich pal in het centrum bevindt. Op een dinsdagvoormiddag verzamelen heel wat jonge gezinnen zich er voor een voorleesmoment van Mestiza, een culturele vzw die een lokale versie van Boekstart organiseert. Het voorleesmoment verloopt meertalig: in het Spaans, Baskisch en Engels. Zo komt Mestiza tegemoet aan de verwachtingen van het stadsbestuur, dat met de stedelijke cultuurdienst Donostia Kultura (‘Donostia’ is de Baskische naam voor San Sebastián) de Baskische taal en identiteit wil promoten. Dankzij het meertalig voorleesmoment merkt Mestiza ook dat de ouders – en hier zijn opvallend veel vaders aanwezig – (opnieuw) appreciatie oppikken voor zowel het Baskisch als het Spaans. Voor de vele mensen met migratieachtergrond die Mestiza weet te bereiken, vormt het Engels een iets meer laagdrempelig herkenningspunt.

“Veel ouders die niet voorlezen aan hun kinderen, zijn zelf ook geen lezers. Ouders die een jaar lang onze wekelijkse meertalige voorleesmomenten bijwonen, vertellen ons dat ze vaker een boek vastnamen, ook voor zichzelf.”
Ana Molina (Mestiza)

Een bib in een voetbalstadion

Naast de kinderbibliotheek in een straat vol tapasbars en de hoofdbib die huist op de ondergrondse verdieping van het gemeentehuis, telt San Sebastián tien wijkbibliotheken. Die zitten telkens verpakt in een cultuurcentrum – weliswaar met een aparte werking en bibteam. Het valt op dat de gemeente het voorbije decennium investeerde in de infrastructuur van deze centros culturales. En soms zit een bib op een onverwachte plek, zoals in een voetbalstadion. (Al meteen een disclaimer toevoegen voor de sportfans: je kan geen gratis voetbalmatch meepikken terwijl je nieuw leesvoer zoekt.) Deze wijkbib zet iets sterker in op het boekenaanbod over sport. Het team merkt dat de bijzondere locatie zorgt voor een divers publiek.

(De tekst gaat verder onder de afbeeldingen.)

© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest

Naast het sportgegeven, werkte deze wijkbib samen met een opvangcentrum voor volwassenen met een mentale of psychische kwetsbaarheid. De bib voorzag meerdere exemplaren van een boek, het centrum organiseerde een leesgroep. Soms leidde dit tot een gesprek over veerkracht, maar evengoed behandelen de boeken een thema dat losstaat van welbevinden. De patiënten brengen zelf het boek terug naar de bib, zodat het bibteam hen persoonlijk kan begeleiden en toeleiden naar andere verhalen waar ze kracht uit putten.

Mensenrechten

Een andere wijkbib lijkt te passen in de wereld van Lord of the Rings: het cultuurcentrum zit er ‘onder de grasmat’ van een groot park Aiete. Pal bovenop het cultuurcentrum staat het voormalige buitenverblijf van Francisco Franco, tot aan zijn dood in 1975 dictator van een gecentraliseerd Spanje. Vandaag vind je er een museum gewijd aan mensenrechten, met een uitgebreide wetenschappelijke collectie. De wijkbib van Aiete zet haar boekenaanbod rond conflict en mensenrechten dan ook vaak in de kijker. En dat blijft relevant, als je weet dat de terroristische ETA-groep pas in 2017 de wapens geleidelijk aan neerlegde (en de onderhandelingen hiervoor vonden symbolisch plaats in het voormalige buitenverblijf van Franco).

(De tekst gaat verder onder de afbeeldingen.)

© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest

Met een aanbod aan aulas de experiencia (letterlijk: ervaringslessen) zet deze wijkbib haar deuren ook open voor volwassenen vanaf 55 jaar. De aulas zijn een initiatief van universiteitsalumni en beslaan heel wat thema’s – van koken tot lezen. Met haar informatieve lezingen bereikt de bib tot soms 120 personen. Via dit aanbod toont ze hoe informeel leren – over cultuur en identiteit - een plek krijgt in haar visie op levenslang leren.

Lezen en welzijn

De bibliotheken uit San Sebastián delen dezelfde missie, en kunnen zelf telkens hun eigen accenten leggen in hun werking. Een gemeenschappelijke deler is sowieso het thema ‘lezen en welzijn’, zeker wat kwetsbare volwassenen betreft. Ze willen hen toeleiden naar boeken, en de kracht van verhalen laten inwerken op het mentale welbevinden van volwassenen. Quasi elke wijkbib werkt dan ook samen met Lectura Fácil [‘makkelijk lezen’, red.] en de lokale afdeling van het Rode Kruis om samenleesgroepen te organiseren. Vaak bedienen ze met deze bijeenkomsten jongvolwassenen die net geëmigreerd zijn naar de stad en begeleiding behoeven. Evenzeer kan een samenleesgroep zich richten op een andere doelgroep, zoals het team van de afvalophaaldienst. 

Onlangs kwamen de wijkbibliotheken samen op hun jaarlijkse miniconferentie, ditmaal rond het thema Interacción social, fuente de salud [sociale interactie als mentale hefboom]. Na praktijkervaringen uit te wisselen, hebben ze lezen en welzijn letterlijk op de kaart gezet: verschillende initiatieven rond lezen/cultuur en sociale interactie werden digitaal verzameld en ontsloten. Zo krijg je bijvoorbeeld een informatieve fiche over leesgroepen voor mensen in eenzaamheid, met daarop de aanpak, verwezenlijking en respons van deelnemers. Op die manier hopen de wijkbibs niet enkel elkaar te inspireren, maar de connectie tussen lezen en welbevinden hoger op de (politieke) agenda te plaatsen.

Sigarenfabriek

© Simon Bequoye en Iedereen Leest

Een laatste halte in San Sebastián voor we naar het zuiden trekken, is Tabakalera. Deze gerenoveerde sigarenfabriek huisvest tegenwoordig een rist organisaties: van het internationale filmfestival van San Sebastián en de filmschool tot het centrum voor hedendaagse kunst en een MediaLab. Arantza Meriskal, die me rondgidst door de vele ruimtes van MediaLab, stipt aan dat ze eigenlijk niet aan leesbevordering doen. Met haar collectie van 44.000 titels (non-fictie) bereikt MediaLab dan wel als neveneffect dat er veel bezoekers – en niet enkel van de burgerlijke klasse - met hun neus in de boeken zitten tijdens mijn werkbezoek.

Creatie staat centraal bij alle projecten die MediaLab faciliteert. Iedereen kan een projectvoorstel doen, het team bekijkt hoe ze ondersteuning kan bieden en welke materialen ze beschikbaar heeft – naast de boekencollectie bezit MediaLab uitleenbare materialen zoals camera’s, 3D-printers, naaimachines … De uitgevoerde projecten in cocreatie beslaan dan ook een breed gamma: ouderen die op verhaal komen door samen textiel te maken, fanzines maken rond actuele thema’s zoals het conflict tussen Palestina en Israël, een videogame programmeren …  Er waren al verschillende leesgroepen, waarbij deelnemers niet hetzelfde boek lezen, maar vertrekken vanuit een thema zoals nieuw samengestelde gezinnen en dan zelf een boek (fictie, non-fictie, poëzie …) kiezen en hun ervaringen met de groep delen. Zo komen ze tot een breed inzicht van het thema en gaan ze erover met elkaar in gesprek. “Op die manier leren onze deelnemers niet enkel,” stipt Arantza aan, “ze geven iets van hun kennis ook door naar andere deelnemers. Zo leert iedereen van elkaar.”

© Simon Bequoye en Iedereen Leest

Pal in het midden van MediaLab, een ruimte die net als het Brusselse Art Basics for Children inspeelt op hoe een fysieke plek bijdraagt tot informeel leren, staat een glazen box waar de medewerkers goed zichtbaar hun vaste werkplek hebben. Al schaaft Arantza dit meteen bij: MediaLab-medewerkers zitten niet zozeer aan hun bureau, maar lopen vaker rond om bezoekers te ondersteunen. Iedereen heeft er een eigen expertise – zoals solderen, een muziekinstrument bespelen of creatief schrijven – en loopt er met een tablet rond om bezoekers meteen vlot door de collectie te gidsen.

“De kennis zit in de boeken en in de computers, maar vooral in onze experten.”
Arantza Meriskal (MediaLab)

(De tekst gaat verder onder de afbeeldingen.)

© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest

Met MediaLab als inspirerende leer- en leesomgeving werd het Baskisch hoofdstuk in dit uitwisselingsproject afgesloten. San Sebastián toonde dat de toeleiding naar lezen op onverwachte plekken kan ontstaan – een andere wijkbib die ik nog niet vermeldde deelde met het cultuurcentrum een fitnessruimte en buitenzwembad – maar ook hoe de bibs leesbevordering willen verankeren in het sociale maatschappelijke weefsel, voor een beter mentaal welbevinden van burgers en tegen de toenemende eenzaamheid.

Milesker San Sebastián, op naar het zuiden en de praktijken uit Sevilla!

Centro cívico

Naast de verzengende hitte en vele flamencovoorstellingen heeft Sevilla een netwerk van dertien (wijk)bibliotheken. Waar de bibs in San Sebastián in een cultuurcentrum huizen, houden de bibs van Sevilla kantoor in centros cívicos, vrij vertaald als ‘gemeenschapscentra’. Naast de bib heeft zo’n centrum ook enkele polyvalente ruimtes – de een met stoelen en tafels, de ander met een keuken – die door organisaties gehuurd kunnen worden. Non-profit organisaties zijn hier actief om bijvoorbeeld samenleesgroepen te laten doorgaan, maar evengoed kan een bank zijn medewerkers opleiden in zo’n centro cívico.

Dat levert ook hier in het zuiden een diverse infrastructuur op: de ene wijkbib zit in een voormalige school, de andere in een woning die vroeger toebehoorde aan een koppel zonder erfgenamen. De koppeling met het centro cívico zorgt er wel voor dat de toeleiding naar bibliotheken groot is. Migranten die bijvoorbeeld Spaans komen leren in het centrum, passeren langs de bib en worden ook actief doorverwezen door hun lesgevers.

(De tekst gaat verder onder de afbeeldingen.)

© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest

Bibliokepos

© Simon Bequoye en Iedereen Leest

Om hun bezoekers nog gerichter toe te leiden naar hun collectie, startten de bibs een traject ‘Bibliokepos’. Uitgangspunt was dat bibliotheken een plek zijn waar burgers over maatschappelijke thema’s kunnen filosoferen, zoals bij de Oude Grieken. De klimaatveranderingen zijn de eerste focus die door de bibs worden aangepakt. Het aangepast meubilair met een groene invulling trekt je aandacht als bezoeker. Laagdrempelige informatie over dit thema is een vereiste: de bib wil de trend tegengaan dat een duurzaam leven enkel voor welgestelden is, en het thema ook bij andere doelgroepen introduceren. Zo benadert Bibliokepos het als een ecosociaal debat. Wijkbib Los Carteros maakte er zelfs een uitgebreide zadencollectie bij. “We merkten dat zaden als kleine voorwerpen een grote impact hebben op de sociale interactie tussen onze bezoekers,” getuigt Isabel Hernández. “Mensen deelden tips over waar je het beste plant, hoeveel licht en water een groeiende plant nodig had enzovoort. Onze bezoekers maakten op die manier een gedeeld verhaal en gaven hun eigen kennis en inzichten door.”

Bibliokepos loopt voorlopig in vier wijkbibs, en elke bib kiest haar eigen accenten en thema’s. In wijkbib Julia Uceda kozen ze voor LGBTQI+ en testimonios de sufrimiento – verhalen van zij die lijden. Hiervoor werkte de bib samen met psychologen van het nabijgelegen psychiatrisch ziekenhuis. Een collectie werd samengesteld met getuigenissen uit het leven gegrepen, met QR-codes voor meer leestips. Een leesgroep, ‘LiterariaMente’ [mente betekent ‘geest’, red.], bespreekt boeken en mentale gezondheid.

“De thema’s die we met Bibliokepos tentoonstellen, veranderen we niet. De boeken die we thematisch uitlichten wel. Door in te zetten op een beperkt aantal thema’s verhogen we de herkenbaarheid bij onze bezoekers, die zich tijdens een bezoek laten inspireren door nieuwe titels.”
Ana Tejero Tacero (bibliotheek Julia Uceda)

(De tekst gaat verder onder de afbeeldingen.)

© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest

Emancipatie

© Simon Bequoye en Iedereen Leest

Even buiten het stadscentrum van Sevilla bevindt zich de campus van Pablo de Olavide, een technische school die zich aan het eind van de twintigste eeuw omvormde tot een universiteit. Naast een gigantische universiteitsbibliotheek biedt ze diverse opleidingen aan. Eentje richt zich op volwassenen vanaf 50 jaar. Ik mocht op gesprek met Manuela Domínguez Orta en Raúl Álvarez Pérez, die als academici verantwoordelijk zijn voor deze Aula abierta de Mayores, een ‘open’ lessenreeks voor ‘ouderen’. Die benoeming vraagt een korte toelichting:

  • Met een ‘open’ lessenreeks wordt ‘buiten het reguliere onderwijssysteem’ bedoeld. Spanje kent een leerplicht tot 16 jaar in plaats van 18 jaar. ‘Verder studeren’ is er niet zozeer een evidentie als bij ons. Daarnaast kampt Spanje nog met de stereotiepe invulling van het gezinsleven, met een genderkloof wat betreft opleidingen en tewerkstellingen. De Aula abierta richt zich dan ook tot zij die enkel een basisopleiding (tot 16 jaar) genoten, en tot vrouwen die vaak de kans niet kregen om verder te studeren.
  • Met ‘ouderen’ wordt een brede leeftijdsgroep bedoeld vanaf 50 jaar. 1 op 5 inwoners in Andalusië is ouder dan 65 jaar en de provincie kampt met een hoge werkloosheidsgraad vanaf 50 jaar. Daarom kiest de universiteit voor een bredere leeftijdscategorie. Ze merkt dat de nood hoog is en wil de sociale structuur verstevigen bij de doelgroep.
“Ouderen die deelnemen aan onze cursussen, leren niet enkel bij rond verschillende thema’s. Ze worden ook sociaal gemobiliseerd en uit hun dagelijkse comfortzone gehaald.”
Manuela Domínguez Orta (universiteit Pablo de Olavide)

De thema’s van de opleidingen zijn uiteenlopend. Van sociale media tot koken, van literatuur tot geschiedenis. Erfrecht is er momenteel erg in trek. Ouderen willen beter op de hoogte zijn van notariële zaken en wat er zal gebeuren met hun opgebouwd kapitaal. De aulas abiertas willen vooral het menselijk kapitaal stimuleren.

© Aula Abierta de Mayores

Diploma

Anno 2025 zijn er 23 Andalusische gemeenten waar deze aulas abiertas lopen. Elke gemeente kan bij de universiteit een aanvraag indienen. Manuela en collega’s gaan dan in gesprek: wie is de doelgroep? Hebben ze al diploma’s van hoger onderwijs of niet? Wat zijn de specifieke leernoden? Wat willen ze bereiken? Na zo’n afstemming wordt er een programma en leerplan samengesteld, zodat de kwaliteit van de opleiding bewaard blijft. Een mooie bottom-up praktijk, waarbij gewaakt wordt over algemene doelstellingen.

De lessen in een aula abierta gaan door in de gemeenten zelf, die soms erg ruraal en afgelegen zijn. Die lessen zijn niet puur theoretisch, soms gaan de cursisten op werkbezoek bij een bakker of een auteur – passend in het thema van de lessenreeks. Examens zijn er ook niet, wel een werkstuk als eindproef. Elke cursist voert een klein onderzoek uit, en brengt daar verslag van uit op een manier die bij haar of hem past. Dat eindwerk stellen ze voor aan hun medecursisten. Eén keer komen de cursisten van alle opleidingen samen, aan het einde van het academiejaar op de universiteitscampus. Dan krijgen ze ook hun officiële diploma. Dit diploma geeft hen erkenning en sterkt zeker personen die ‘slechts’ tot hun 16 jaar school genoten. Afgelopen academiejaar kon de universiteit via dit programma meer dan 1.300 ‘ouderen’ bereiken.

Cultuur als toegang

Terug richting het centrum van Sevilla. In de wijk Triana, verpakt tussen de Guadalquivir en het kanaal, vond in 1992 de wereldtentoonstelling plaats. De site kreeg na afloop vele herbestemmingen. Het paviljoen dat tijdens de tentoonstelling de samenwerking tussen Spanje en Marokko in de verf zette, vervelde nadien tot een uitvalsbasis voor de stichting Tres Culturas. Die stichting zet zich in voor culturele initiatieven die verbindend werken tussen culturele gemeenschappen – de drie culturen in de naam verwijzen naar de islam, het jodendom en het christendom, al ziet de stichting ‘culturele verbinding’ breder dan enkel op religieus vlak.

(De tekst gaat verder onder de afbeeldingen.)

© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Olga Cuadrado Fernández

Naast taalcursussen zet de stichting een reeks leesclubs op. Tot aan de pandemie in 2020 liep er een leesclub met gedetineerden die bijna terug konden keren naar de maatschappij. Met oog op sociale integratie ontvingen ze boekenpakketten en konden ze hun leeservaringen delen, wat veel vooroordelen de weg uit ruimde. Bij andere leesclubs focust de stichting op auteurs die schrijven rond verbindende thema’s. Zo onderzocht de Frans-Marokkaanse schrijfster Leïla Slimani in haar trilogie ‘Het land van de anderen’ hoe de Marokkaanse en Franse cultuur interageren. De stichting werkte met haar leesclub rond deze trilogie met een breed scala aan werkvormen: van een muzikale playlist en een bakmoment met Marokkaanse specerijen tot een gesprek met de uitgever en vertaler en natuurlijk ook een auteurslezing.

Verschil maken

Een laatste halte in de Sevilaanse uitwisseling vormt Polígono Sur, de wijk waarmee dit verslag opende. In de jaren 70, toen de dictatuur haar einde naderde, werd besloten om alle armen en zigeuners goedkoop onderdak te bieden in deze wijk. Plots moesten heel wat mensen in ‘een maatschappij leren leven’. Ze kregen hier echter geen nodige omkadering, waardoor er snel sociale problemen ontstonden die zich jarenlang opstapelden. Anno 2025 staat Polígono Sur synoniem voor de armste Europese woonwijk (40.000 inwoners) met een hoge analfabetisering en een vroegtijdige drop-out van jongeren uit het onderwijs. Strooi daar nog een gigantische drugs- en armoedeproblematiek bij, en je komt tot een wijk met erg veel uitdagingen die je niet op een dag of jaar kan oplossen.

(De tekst gaat verder onder de afbeeldingen.)

© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest
© Simon Bequoye en Iedereen Leest

Mar González was van 2013 tot 2019 wijkcoördinator en leidt me rond door de straten. Bergen afval maken deel uit van het straatbeeld. Ophaaldiensten komen hier niet, noch openbaar vervoer, politie of postbodes. De sporen van drugsgebruik zijn zichtbaar – van gebruikte naalden tot afgetapte straatlantaarns en rondhangende dealers, zelfs overdag. Het is moeilijk in te beelden hoe in deze omgeving kinderen moeten opgroeien. En dat op twintig minuten fietsen van de plazas vol toeristen.

© Simon Bequoye en Iedereen Leest

Gelukkig zijn er wel individuen en organisaties actief in de wijk, zoals EntreAmigos die mensen opvangt en begeleidt rond allerhande kwesties, of leerkrachten die ervoor kiezen om net hier les te geven. Ze weten dat ze hier enorm veel kunnen betekenen voor kinderen en volwassenen, dat ze het verschil kunnen maken. We stoppen dan ook bij CEIP Andalucía, een basisschool die in 2023 de Nationale Leesbevorderingsprijs won voor haar schoolbibliotheek – en vooral omwille van de werking die de school errond opzette. Leerlingen worden betrokken bij hoe de schoolbibliotheek eruitziet, via een ‘dromenbos’ kunnen ze hun wensen neerschrijven. Zo wou een kind ook lezen tijdens de speeltijd. Elke pauze gaat iemand van het schoolteam met een winkelkar vol boeken naar buiten – en leest ook zelf. Een school die leesbeleid in alle mogelijke vormen in- en uitademt.

© Simon Bequoye en Iedereen Leest

In CEPer, de school voor volwassenenonderwijs, proberen ze (jong)volwassenen alsnog leerkansen te bieden. Ze bereiken heel wat mensen met migratieachtergrond en vroegtijdige schoolverlaters. Naast de traditionele opleidingen zet CEPer sterk in op lerende gemeenschappen. Ze benaderen hun cursisten niet als individu of enkel als lerende, maar ook als iemand die kennis in zich heeft en het kan doorgeven. Aan medecursisten, maar ook aan familie. Met die visie – waarvoor ze een UNESCO-prijs ontvingen – willen ze het tij keren met een positief watervaleffect. Daarvoor schakelen ze ook boeken in. Hoe kijkt een 18-jarige en een 80-jarige naar het concept vriendschap? Via een kortverhaal gingen cursisten in gesprek. Door de intergenerationele aanpak waren er diverse benaderingen. Het toont hoe één verhaal het startpunt kan zijn om tot leerkansen te komen. In een wijk waar armoede en drugs schering en inslag zijn, kunnen die verhalen en leerkansen leiden tot een kiem naar meer en beter.

Vervolgstappen

De werkbezoeken aan zowel San Sebastián als Sevilla leverden heel wat inspirerende methodieken op. Dit verslag ging niet overal in de diepte, wat bewust is. De opgedane inzichten en verdiepende praktijkvoorbeelden zullen in 2026 voer zijn voor onze Iedereen Leest Academie. Veel online leertrajecten richten zich daar momenteel op leesbevordering bij de voorschoolse en schoolgaande jeugd. Leesbevordering gericht op (kwetsbare) volwassenen is een accent dat we in 2026 willen uitwerken voor de bibliotheeksector. Daarin zullen we natuurlijk ook praktijkvoorbeelden uit Vlaanderen opnemen.

De cases uit het Baskenland en uit Andalusië kunnen ons nog verder doen experimenteren, want er bestaat geen eenvormige succesformule die past voor elke bibliotheek. Werken rond leesbevordering voor (en met) kwetsbare volwassenen vereist deels maatwerk en aandacht voor de persoonlijke uitdagingen waarmee deze doelgroep kampt. Door ons flexibel op te stellen en verschillende methodieken uit te proberen om de toeleiding naar verhalen en de stimulans tot lezen te bevorderen, bevestigen we als sector niet enkel ons eigen maatschappelijk belang, maar ook de maatschappelijke – en niet te vergeten sociale – functie van lezen.

Disclaimer
Gefinancierd door de Europese Unie. De hier geuite ideeën en meningen komen echter uitsluitend voor rekening van de auteur(s) en geven niet noodzakelijkerwijs de ideeën of meningen van de Europese Unie of Epos Vlaanderen weer. Noch de Europese Unie, noch Epos Vlaanderen kan ervoor aansprakelijk worden gesteld.

Contact
Medewerker beleid, onderzoek en digitale strategie
Mis niets van Iedereen Leest