In het atelier van Joris Thys  

Hoe ziet de werkruimte van illustratoren eruit? Wat zijn hun rituelen, talismannen en eigenaardigheden? Waaruit putten ze inspiratie en hoe komen ze tot hun beste werk? Journaliste Katrien Steyaert mag binnenkijken in hun ateliers en in hun creatieve geesten. Michiel Devijver maakt er foto’s bij. Deze keer: op bezoek bij grafisch ontwerper en prentenboekenmaker Joris Thys in Gent. 

door Katrien Steyaert | foto's: Michiel Devijver 
© Michiel Devijver | Iedereen Leest

Input én rust

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Ik heb een goed kotje: er is veel licht en ik vind de nineties look van het Minnemeers Business Centre wel tof. Er zijn een vijftigtal ateliers, waardoor ik omringd ben door creatievelingen, onder wie mijn goede vriend Jeroen Migneaux. Hij is ook grafisch vormgever en geregeld babbelen we bij een koffie over herkenbare struggles. Hiervoor had ik een plek in een oude veeartsenij aan de Coupure, maar daar deelde ik de vloer met acht man waardoor ik me niet genoeg kon focussen. Het is dubbel: enerzijds ben ik graag onder de mensen en mis ik hun input als ik te lang alleen werk, anderzijds zoek ik hier net de rust op.’ 

Beetje griezelig

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Ik ben net als mijn zus en broers belast met avond- en nachtgenen, want pas dan begint mijn creatieve motor goed te draaien. Vreselijk hè, vooral als je daardoor te veel Deliveroo laat komen.’ (glimlacht) ‘Tegelijk vind ik dat late werken logisch: dan krijg ik minder prikkels, zoals pushberichten op mijn gsm, en dus meer overzicht. Het kan hier dan wel griezelig stil zijn, maar dan maak ik een geluidstapijtje met praatprogramma’s of muziek van bijvoorbeeld Madensuyu. Ik moet ook wel soms de moed bij elkaar rapen om door een pikkedonker park terug naar huis te fietsen. Daarom werk ik even graag thuis in de zetel.’ 

“Eigenlijk is het logisch dat ik graag laat werk: dan krijg ik minder prikkels, en dus meer overzicht. ”

Nele en Marita

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Mijn vriendin Nele is heel direct in haar commentaar en kan me wijzen op wat nog niet klopt in mijn tekst of tekeningen. Soms kan ik daar slecht mee om, maar meestal moet ik toegeven dat ze de juiste raad geeft. Een ander belangrijk klankbord is mijn uitgeefster, Marita Vermeulen. Om de zoveel maanden heb ik met haar een afspraak en als ze dan mee is met wat ik laat zien, weet ik dat ik op het juiste spoor zit. Ze is ook een goede motivator. Als ik bijvoorbeeld gefrustreerd ben op het moment dat ik mijn gedrukte boek in handen krijg en gemiste kansen zie, sust ze me door te zeggen: “Dat is dan voor je volgende”.’  

Schaterlachen

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Ik vond het heel charmant toen ik onlangs een jongetje zag schaterlachen bij een scène uit Verder dan ver, het eerste boek dat ik getekend én geschreven heb. Het herinnerde me eraan dat je een stuk van de wereld van die mannekes kunt zijn. Maar als ik verrassingen in mijn beelden smokkel, moet ik die eerst en vooral zélf grappig vinden. Ik smokkel trouwens minder dan vroeger, misschien omdat ik toen alleen illustreerde en wilde tonen dat ik iets toe te voegen had. Sinds ik mijn eigen kader bepaal en teksten schrijf, vind ik volgens mij beter de balans tussen wat er gezegd wordt in beelden en wat in woorden.’  

“Als ik verrassingen in mijn beelden smokkel, moet ik die eerst en vooral zélf grappig vinden. ”

Summerschool

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Hoe zalig is het als alles gefaciliteerd wordt? Tijdens een summerschool in 2020 kreeg ik op het domein van Brigitte Minne in Ronse een week lang perfect weer, lekker eten en veel ruimte om na te denken. Daardoor kreeg ik helder wat ik met Verder dan ver wilde vertellen – en daarbij begint het altijd. Dat zeg ik ook tegen de studenten van de Arteveldehogeschool aan wie ik lesgeef: vraag je eerst af wat je wil overbrengen, de vorm volgt dan wel. Vroeger focuste ik zelf te veel op mooie tekeningen maken, maar nu heb ik liever een beeld dat niet perfect is, maar wel de energie heeft die past bij mijn boodschap.’ 

Joggen

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Bij de start van het tekenproces begin ik soms 100 keer opnieuw, op zoek naar de juiste sfeer en esthetiek, tot ik tijdens een uurtje joggen of kwartiertje fietsen besef: godverdikke, dat is de oplossing! Dan stuur ik mezelf mailtjes en die helpen om uiteindelijk the key visual te vinden, dat ene beeld waaraan ik de rest van mijn boek kan ophangen. Daarna puzzel ik een midden en einde bij elkaar – een heel plezante fase, vind ik, want alles kan nog – en eens die knopen zijn doorgehakt, werk ik meestal vrij vlot. Ik herhaal vaak voor mezelf: niet elke tekening kan top zijn, zolang ze maar klopt in het geheel.’ 

Cryla of iPad?

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Ik moet van mezelf ook boven “de ondergrens” blijven, een soort minimumniveau dat nodig is om achteraf geen spijt te hebben. Kleuren, humor en dynamiek zijn daarbij essentieel. Daarom ben ik voorlopig gestopt met puur schilderen. Ik vind het geestig om met acrylverf – liefst van het merk Cryla – te werken aan de twee tafels midden in mijn atelier, maar ik mis nog de maturiteit om die frisse dynamiek waarnaar ik streef op papier te krijgen met penseel. Daarom experimenteer ik nu met een combinatie met het digitale: ik schets snel op de iPad, print af en schilder daarop verder. Dynamisch, mét de romantiek van een origineel.’ 

Tot hier en niet verder

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Vastzitten is onzin, in de zin dat iedereen een deblokkeer-methode kan vinden. Mijn belangrijkste is kijken naar werk van anderen dat iets soortgelijks vertelt. Zo probeer ik erachter te komen waarom ik prentenboeken als Tot hier en niet verder van Isabel Minhós Martins of Un grand jour de rien van Beatrice Alemagna zo geniaal vind. Hun personages zijn allesbehalve fotorealistisch, maar zó juist. Zelf heb ik nog te weinig zelfvertrouwen om mensen te tekenen, misschien omdat ze me minder ruimte voor verbeelding geven dan pratende dieren? Maar ik ben vastbesloten: in de niet zo verre toekomst moet ik daarover raken.’ (lacht) 

“Ik heb nog te weinig zelfvertrouwen om mensen te tekenen, misschien omdat ze me minder ruimte voor verbeelding geven dan pratende dieren? ”

Post-it ‘Toon routine’

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Ik kijk graag breed rond, kan me verliezen in eindeloos door websites klikken. Toffe fonts of beelden bewaar dan in mapjes op mijn computer. Ik heb ook altijd een schetsboek in mijn boekentas zitten. Eigenlijk droedelde ik tot nu toe vooral op losse bladen, maar ik zoek naar manieren om ideeën beter te bundelen. In dit atelier is het één grote chaos als ik midden in een project zit, want op de muren groeien mijn schetsen en schema’s dan ongegeneerd aan. Vaak plak ik er post-its op met zinnetjes als: "Toon routine". Dat komt omdat ik nu bedacht heb dat het routineuze karakter van mijn hoofdpersonage duidelijk moet zijn.’  

Dertigersprobleem

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Chaos in mijn agenda geeft me meer inspiratie dan te weinig te doen hebben, maar soms worstel ik met niet kunnen kiezen, met én illustrator én grafisch ontwerper én docent zijn. Een typisch dertigersprobleem zeker, je afvragen waarin je je moet settelen? Ik vind logo’s en branding heel interessant, maar de dag dat ik een stabiel inkomen kan halen uit boeken maken, kies ik honderd procent voor die passie. Voorlopig is dat onrealistisch. Door maanden te zitten tekenen, verdien ik niet veel en moeten Nele en ik al jaren in fases verbouwen. Maar dat eigen atelier met zicht op de tuin, komt er ooit wel. Daar vertrouw ik op.’ 

“De dag dat ik een stabiel inkomen kan halen uit boeken maken, kies ik honderd procent voor die passie.”


Deel dit artikel:

Mis niets van Iedereen Leest