Getipt: boek over literatuuronderwijs

In haar boek Leerlingen en literatuur: hoe vaardige lezers vormen beschrijft Elke D’hoker, verbonden aan Faculteit Letteren van KU Leuven, hoe literatuur een prominente rol kan vervullen in het onderwijs. Met een dialogische aanpak versterkt literatuuronderwijs vaardigheden bij álle leerlingen.

© Michiel Devijver en Iedereen Leest
Veel boeken, websites en blogs brengen informatie over lezen en leesbevordering. Medewerkers van Iedereen Leest tippen in de reeks ‘Getipt’ interessante vakliteratuur en online referenties. Een reeks vol food for thought. Dit boek kan je ook raadplegen in de vakbibliotheek van Iedereen Leest.

Inleidend trekt de auteur de term ‘literatuuronderwijs’ breed open: het omvat niet alleen de studie van literatuur, maar ook elke omgang met literaire teksten in de klas. ‘Literaire teksten’ kunnen vertrekken uit jeugdboeken, romans, fantasy, strips, young adult, non-fictie … Al deze uiteenlopende soorten teksten gaan creatief om met taal, en verdienen mede hierdoor erkenning als literatuur. Ze zijn daarom breed inzetbaar binnen literatuuronderwijs.

Literair vaardig lezen

Literatuuronderwijs hoort ook leesbevorderend te zijn, aldus D’hoker, ‘waar literaire en talige vaardigheden elkaar versterken en waar leesplezier en literaire verdieping hand in hand gaan.’  De verschillende componenten van literatuuronderwijs, zoals literatuurgeschiedenis, literaire begrippen of literaire analyse, kunnen elkaar daarin versterken. Dat vergt volgens de auteur wel een geïntegreerde aanpak met ‘literair vaardig lezen’ als overkoepelende doelstelling: het vaardig kunnen lezen van literaire teksten.

‘Het lezen van literaire teksten omvat […] een complex geheel aan affectieve, cognitieve en kritische vaardigheden. Deze zijn verwant aan de complexe leesvaardigheid die vereist is voor het lezen van zakelijke teksten in verschillende media, maar zijn op cruciale punten ook erg verschillend. Meer nog dan die algemene leesvaardigheid, kan de literaire leesvaardigheid steeds verder worden ontwikkeld.’

Die literaire vaardigheid omvat ook nog andere zaken zoals kennis over het boekenaanbod en je eigen leesvoorkeuren of praten over boeken met anderen. Literatuuronderwijs kan op verschillende manieren helpen om vaardige lezers te vormen, zoals de ondertitel van het boek luidt.

(De tekst gaat verder onder de afbeelding.)

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

Leesdriehoek

“Er is een belangrijke wisselwerking tussen leesvaardigheid, leesmotivatie en leesgedrag.”

Om lezers te vormen, wijst D’hoker op enkele elementen uit ‘de leesdriehoek’: leesvaardigheid, leesmotivatie en leesgedrag. Centraal in die driehoek staat de (niet-)lezer, rond de driehoek cirkelt de omgeving (school, peers, ouders …) die ook een rol speelt. Er is een belangrijke wisselwerking tussen al deze elementen. Intrinsieke leesmotivatie heeft bijvoorbeeld impact op leesvaardigheid: ‘wie sterk gemotiveerd is om te lezen, zal ook meer bereid zijn een inspanning te doen om, bijvoorbeeld, moeilijkere teksten te lezen, met een groter effect op leesvaardigheid tot gevolg.’ Maar ook de omgekeerde richting werkt: wie beter kan lezen, heeft meer kans om lezen leuker te vinden – al gaat dit vooral op bij beginnende lezers en minder bij adolescenten.

Dialogisch literatuuronderwijs

Maar hoe vormen we dan literair vaardige lezers? Welke didactische aanpak is geschikt? D’hoker schuift de dialogische didactiek of dialogisch literatuuronderwijs naar voren:

‘De dialogische didactiek onderstreept het belang van interactie en dialoog in het leer- en onderwijsproces en onderzoekt hoe die dialoog het beste kan worden uitgebouwd en ondersteund.’

Net literaire teksten kunnen vlot tot dialoog leiden. Leerkrachten kunnen leerlingen stimuleren om tijdens het lezen vragen te stellen (van vragen over woordbetekenis tot vragen over bepaalde keuzes van personages). Dit leidt tot een actievere leeshouding en een grotere betrokkenheid. De ervaringen, gevoelens en gedachten die een literaire tekst oproept, zijn ideale uitgangspunten om leerlingen met elkaar in dialoog te laten gaan in een klasgesprek of een leesclub zoals de Leesjury, de grootste lezersjury voor kinderen en jongeren in Vlaanderen.

Chambers

“Praten over boeken is de beste manier is om de liefde voor literatuur aan te wakkeren, om tekstbegrip en literaire kennis te verhogen en om de literaire leesvaardigheid te verdiepen.”

D’hoker omschrijft dat deze dialogische methode ‘gestoeld [is] op de ervaring van leraren en opvoeders dat praten over boeken de beste manier is om de liefde voor literatuur aan te wakkeren, om tekstbegrip en literaire kennis te verhogen en om de literaire leesvaardigheid te verdiepen.’ Bovendien is deze methode ook bruikbaar voor alle leerlingen, niet enkel voor het hoger secundair onderwijs of voor gevorderde lezers. D’hoker verwijst hierbij naar de ‘Vertel eens’-aanpak van de Britse auteur Aidan Chambers, een model om literaire gesprekken met kinderen te voeren. In zijn 'vier-kolommen-methode' gaan leerlingen verder dan ‘dat vind ik leuk/niet-leuk’-antwoorden. Onderliggende motieven, patronen, vreemde en nieuwe vormen in de literaire tekst worden laagdrempelig besproken. Die methode is tevens een van de vaak gebruikte methodes binnen de Leesjury, waar praten over boeken met andere juryleden centraal staat om kinderen en jongeren kritisch te laten denken en lezen.

(De tekst gaat verder onder de afbeelding.)

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

Diepgang boven volledigheid

Dialogisch literatuuronderwijs kent nog andere principes die D’hoker aankaart. Literaire gesprekken zijn bijvoorbeeld niet zomaar een ‘vrijblijvende uitwisseling van ideeën’, ze stimuleren het leer- en denkproces. Leerlingen stimuleren via deze didactiek hun vaardigheden en dus ook hun kennis. Daarbij is het belangrijk dat leerkrachten een ‘echte dialoog’ faciliteren, met bijvoorbeeld open vragen en gericht inspelen op de antwoorden of reacties van leerlingen.

D’hoker erkent dat deze methode ‘meer tijd vraagt dan traditionelere vormen van lesgeven.’ Toch leidt ze tot een hogere betrokkenheid bij leerlingen en spelen literaire gesprekken ook in op andere competenties zoals talige en communicatieve vaardigheden, probleemoplossend denken of kritisch inzicht. Voor leerkrachten is het soms moeilijk kiezen tussen een overzicht aanbieden van auteurs, teksten en stromingen of een diepgaande discussie faciliteren van enkele literaire teksten. D’hoker ziet ‘diepgang boven volledigheid’ geheel gerechtvaardigd:

‘De positieve effecten van de dialogische literatuurdidactiek op de leesmotivatie, de betrokkenheid en literaire competentie van de leerlingen compenseren ruimschoots eventuele lacunes in literaire kennis.’

De tekstkeuze

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

In een laatste hoofdstuk gaat D’hoker dieper in op de ‘literaire teksten’. Niet alle teksten lenen zich evenzeer tot dialoog of diepgang. Open en uitdagende teksten of boeken die aansluiten bij de interesses van de leerlingen, zijn bijvoorbeeld aangewezen. Vaak wordt er gewerkt met fragmenten, maar deze zijn minder geschikt voor dialogisch literatuuronderwijs: een fragment is lastiger voor leerlingen om volwaardig te interpreteren. D’hoker schuift kortverhalen en poëzie naar voren als dankbare en nuttige literaire teksten voor de dialogische aanpak. En in dit alles geldt als richtlijn: werk met een diversiteit aan auteurs, genres en thema’s.

Vakoverstijgend

Met een doordachte aanpak zoals dialogische didactiek kan literatuuronderwijs een belangrijke rol vervullen voor álle leerlingen, besluit D’hoker. Literatuuronderwijs vervult – net zoals (voor)lezen – immers verschillende functies: ze draagt bij aan taalontwikkeling, leesvaardigheid, kritische geletterdheid en persoonsvorming. De auteur pleit voor een vakoverstijgende samenwerking: ‘literatuur verbindt immers over de grenzen van talen en vakken heen.’ Denk aan reisverhalen in de les aardrijkskunde, of historische jeugdboeken in het vak geschiedenis.

Met deze publicatie schetst D’hoker een omvattend en toegankelijk beeld van een didactische aanpak binnen literatuuronderwijs, waarbij ze aanhaakt op leesmotivatie, leesvaardigheid en leesbevordering. De uitgeschreven didactische methodes en hun voorbeelden zijn inzetbaar voor verschillende leeftijden. Met een brede invulling van literatuur en literaire teksten, zet D’hoker haar boodschap kracht bij: om zoveel mogelijk leerlingen doen groeien als vaardige lezer.

Titel: Leerlingen en literatuur: hoe vaardige lezers vormen
Auteur: Elke D'hoker
Uitgever: LannooCampus
Publicatiedatum: 02/11/2022
EAN: 9789401479370



Deel dit artikel:

Contact
Medewerker beleid en onderzoek
Mis niets van Iedereen Leest