De leeswereld van Lindah Leah Nyirenda

'Lezen is denken met andermans hoofd’, zei Schopenhauer. Maar wat zoeken we in dat andere hoofd? Is het rust, verstrooiing, kennis? Dit is Leeswereld, een interviewreeks over de rol van lezen, over schoonheid, over taal. Deze aflevering: Lindah Leah Nyirenda, slampoëet.

door Matthias M.R. Declercq
©Michiel Devijver en Iedereen Leest
©Michiel Devijver en Iedereen Leest

‘Over dit boek moeten we het eens hebben’, zegt Lindah. Ze schuift een groot, dik exemplaar naar zich toe. Le modèle noir staat in grote letters op de cover. De Géricault à Matisse, la chronologie, een uitgave van het Parijse Musée d’Orsay, dat de gelijknamige expositie uit 2019 uitgebreid samenvat en van uitleg voorziet. ‘Ik was ontzettend onder de indruk van de tentoonstelling, die focust op zwarte modellen in het werk van Franse kunstenaars. De expo en het boek gaan veel verder dan louter schilderkunst en bespreken ook Josephine Baker (de Franse zangeres en danseres) en modellen uit de Moulin Rouge.’

Lindah Leah Nyirenda is verbonden aan de LUCA School of Arts en staat vooral bekend om haar performances. Als slampoëet grijpt ze naar taal om maatschappelijke problematieken als racisme, seksisme en discriminatie van nieuwe perspectieven te voorzien. Zonder expliciet over ras te praten, werpt Lindah via allegorieën en metaforen een nieuw licht op de schaduwkant van onze samenleving. Niet dat ze enkel die thema’s voorstaat, er is veel meer, maar ze kon er niet omheen. Het zijn persoonlijke ervaringen die mede tot die thematieken hebben geleid.

“'Le modèle noir' leerde me dat er bij aanvang van het koloniaal tijdperk tegenkanting was. Dat een kunstenaarsvereniging zich verzette tegen de uitbuiting. Dat Olympe de Gouges onder de guillotine belandde omwille van haar ideeën over feminisme en kolonialisme. ”

Le modèle noir leerde me dat er bij aanvang van het koloniale tijdperk tegenkanting was. Dat een kunstenaarsvereniging - Société des amis des Noirs- zich verzette tegen de uitbuiting. Dat Olympe de Gouges onder het schrikbewind van Robespierre onder de guillotine belandde omwille van haar ideeën over feminisme en kolonialisme. In het boek staan ook bustes van tot slaaf gemaakte mensen, die de Franse beeldhouwer Charles Cordier in de tweede helft van de negentiende eeuw haarfijn weergeeft, overigens met dure materialen als ivoor en albast. Kijk (klapt het boek open): dat is toch prachtig? Le modèle noir is een boek waar ik vaak naar teruggrijp.’

Zadie

“Onlangs was ik te moe voor een roman en las ik ’s avonds de Suske en Wiske-strip, 'De briesende bruid'. Daarin botste ik op de zwaanridder, Lohengrin, die ik online opzocht. Zo kwam ik via Percival uit bij Koning Arthur. En dat door een strip!”

‘Ik lees niet om te ontsnappen’, zegt Lindah, ‘maar ik zoek kennis en schoonheid. Lezen kan op zich wel pure ontspanning zijn, maar als ik iets ervan opsteek is de voldoening groter. Onlangs was ik te moe voor een roman en las ik ’s avonds een strip van Suske en Wiske, deels uit nostalgie. In De briesende bruid, waarin Sidonia opeens wil trouwen en via de teletijdmachine in de Middeleeuwen terechtkomt, botste ik op de zwaanridder, Lohengrin, die ik online opzocht. Zo kwam ik via Percival uit bij Koning Arthur. En dat door een strip!’

©Michiel Devijver en Iedereen Leest

‘Mijn leeswereld is ook niet beperkt tot non-fictie. Zadie Smith bijvoorbeeld is een fantastische schrijfster die via fictie de maatschappij blootlegt. In sommige scenes ben je een vlieg op de muur, bij andere leer je de denkwereld van een personage kennen, samen met alle onregelmatigheden en contradicties die bij een interne monoloog horen. Witte tanden is een geweldig boek en een geweldige titel. “Je hebt zo’n mooie tanden” is bedoeld als compliment, maar verwijst eigenlijk naar de huidskleur, omdat de tanden afsteken tegen een donkere huid. Bovendien werden witte tanden in de tijd van de slavernij niet aanzien als schoonheid, maar als maatstaf voor koopwaar. Hoe witter, hoe hoger de ‘kwaliteit’ van de slaaf.

“Je hoeft er niet op een bepaalde manier uit te zien, of bepaalde zaken te hebben meegemaakt, om te kunnen schrijven over iemand met een andere achtergrond. ”

‘Smith durft ook in het hoofd kruipen van een witte man. Je hoeft er niet op een bepaalde manier uit te zien, of bepaalde zaken te hebben meegemaakt, om te kunnen schrijven over iemand met een andere achtergrond. Ook dat maakt haar fascinerend. Ja, ik kijk op naar Zadie Smith. Evengoed ligt hier een boek van een witte man op tafel. Herman Koch in dit geval. Een erg goede schrijver, al heeft hij voor mij wel afgedaan door het gebruik van het n-woord in De greppel. Dat boek is gepubliceerd in 2016. Toen was het debat echt al op gang gekomen, zeker in Nederland. Jammer, want ik las zijn boeken graag.’

Zambia

©Michiel Devijver en Iedereen Leest

‘Ons gezin heeft altijd een fijne leescultuur gekend. In Zambia, waar ik ben geboren en tot mijn derde woonde, werkte mijn vader een tijd als automecanicien en bibliothecaris, alvorens hij als aanvoerder van de Zambiaanse nationale voetbalploeg via een Belgische scout naar KRC Harelbeke werd getransfereerd en ons gezin mee verhuisde. In West-Vlaanderen heb ik mezelf Engels aangeleerd, via de ABC-boekjes die een oom me toestuurde. Hij vreesde dat Bemba, de Zambiaanse taal die we spraken, zou verwateren en hoopte via het Engels in contact te blijven. Dat is gelukt.’

“Op mijn vijfde leerde ik in Roeselare Nederlands in de kleuterklas. Ik smachtte naar de taal om de wereld om me heen te begrijpen. ”

Op mijn vijfde leerde ik in Roeselare Nederlands in de kleuterklas. Ik smachtte naar de taal om de wereld om me heen te begrijpen. Natuurlijk was die begintijd op school traumatisch, omringd door mensen die een taal spreken waar je niks van begrijpt. Het leidde haast automatisch tot een zoektocht naar boeken die meer uitleg gaven over alles om me heen. Vader nam mijn broer en mij daarom elke week mee naar de bib in Roeselare. Daar las ik als twaalfjarige al Engelstalige theaterstukken van Shakespeare en romans van Oscar Wilde (lacht). Daar was ik veel te jong voor, maar je hoeft niet alles te begrijpen om te genieten van de taal en het ritme, dat als muziek voor me was.’

It

Naast Le modèle noir en De greppel ligt ook een bundeling verhalen en gedichten van Edgar Allen Poe op tafel, naast een boek van de Vlaamse filosoof Ruben Mersch (Van mening verschillen) en opvallend: ook It, het bekende horrorverhaal van Stephen King, maakt deel uit van Leahs leeswereld. ‘Dat boek is veel meer dan een thriller’, zegt ze. ‘Hoewel ik eerst een trauma heb overgehouden aan de film toen ik die als negenjarige samen met mijn broertje zag en een maand lang onder zijn bed moest zoeken naar monsters en clowns, is It een boek met een grote persoonlijke betekenis. Het perspectief van het verhaal is dat van een zwarte jongen, wat -zeker in de jaren tachtig- niet vaak voorkwam. Ook pesten komt erin aan bod, een problematiek waarmee ik me kan vereenzelvigen. Het hoofdpersonage van It heeft af te rekenen met racisme en er is ook een meisje dat misbruikt wordt door haar vader en niet geloofd wordt, maar wel wordt opgenomen in een vriendenkring van alleen maar jongens. Er komt ook homohaat in voor, net als een jongen die nog in de kast zit. Pas op middelbare leeftijd wordt hij daarover meer open.’

“Dat is ook de kracht van literatuur: je bepaalt zelf welke kennis je uit een verhaal opslaat, en welke niet. Daarom zal ik altijd blijven lezen.”

‘Het is best ingewikkeld, maar niettemin: zoveel maatschappelijke thema’s in een horrorverhaal. Het monster, vermomd als clown, neemt voor ieder personage een andere gedaante aan en vormt zo de verpersoonlijking van onze innerlijke angst. Stephen King heeft veel platte horrorverhalen geschreven, maar It is van een heel andere orde. Dat is ook de kracht van literatuur: je bepaalt zelf welke kennis je uit een verhaal opslaat, en welke niet. Daarom zal ik altijd blijven lezen.’



Deel dit artikel:

Mis niets van Iedereen Leest