De vijf van Aline Sax

'I read a book one day and my whole life was changed', zei auteur Orhan Pamuk ooit. Dat boeken een impact kunnen hebben, ervaren veel lezers. Maar sommige beïnvloeden, sturen of bepalen zelfs je leven. Journaliste Katrien Steyaert peilt voor deze reeks naar de 'beste vijf' van auteurs en illustratoren. Met welke boeken groeiden ze op en met welke worden ze oud? Deze keer: schrijfster Aline Sax.

door Katrien Steyaert
© Michiel Devijver | Iedereen Leest

Aan de alledaagse realiteit heeft Aline Sax niet genoeg. Ze heeft verhalen nodig, zegt ze, anders wordt ze gek. Haar lievelingsschrijver krijgt haar hooguit kwaad, en zelfs dan blijft ze hopen op een etentje met hem.

1. 'Moord in de nacht' - R.L. Stine

'Ik was een avontuurlijk kind. Ik wilde later geheim agent worden, zat bij de scouts en ging met een vriendin op onderzoek in onbewoonde huizen. Die spanning zocht ik ook in boeken. Roald Dahl? Nee dank u, te grappig.'(lacht)

'Ik had het meer voor vampieren, geesten en zelfs moorden, waarover ik dan las terwijl ik veilig onder mijn deken zat. Tussen mijn zesde en mijn tiende verslond ik bijvoorbeeld alle Griezelbus-boeken van Paul van Loon en de volledige Zoeklicht-reeks van Zwijsen, met titels als Dit huis wil bloed. Het waren supersimpele verhaaltjes die meestal uitliepen op een totale anticlimax omdat het lijk in het bos uiteindelijk een etalagepop bleek te zijn.
Even grote pulp was de Fear Street-reeks, over een Amerikaanse straat waar de bewoners altijd iets raars of gruwelijks meemaakten. Moord in de nacht speelde zich af op een zomerkamp waar een van de leiders een moordenaar werd en ook het meisje in de hoofdrol ging achtervolgen. Ik keek op naar zulke oudere hoofdpersonages, want ik wilde altijd groter zijn dan ik al was.

Onlangs probeerde ik Stines verhaal te herlezen, maar dat is niet te doen. De plot is allesbehalve creatief, de taal totaal plat. En toch kies ik dit omdat het symbool staat voor mijn boekenkoopwoede, die tot vandaag voortduurt. Ook telkens er destijds een nieuwe Fear Street verscheen, repte ik me, toen nog met 150 frank zakgeld, naar de Blokker of een tweedehandswinkeltje in de buurt. Het was zoals snoep kopen: ongezond en hap, slik, weg, maar op het moment zelf heerlijk.'

“Gewone mensen in ongewone omstandigheden: daarover lees en schrijf ik nog altijd het liefst. De alledaagse realiteit is me te vlak. Wat is vandaag een historisch hoogtepunt? Corona en binnenblijven… Tja, geef mij dan maar een wereldoorlog.”

2. 'De Bende van de Bokkenrijders' - Ton van Veen

‘Een typisch beeld uit mijn jeugd is: mijn moeder met een boek en een tas thee die al lang koud is. Ook mijn vader las veel, waardoor ik hun voorbeeld volgde. Zelfs die goedkope horror- en thrillerverhaaltjes vonden ze prima. Natuurlijk waren die onschuldig én ik leende in de bibliotheek minstens even veel goedgeschreven boeken die een diepgaandere impact op mij hadden: Voorbij de regenboog van Paul Kustermans en Pjotr van Jan Terlouw, bijvoorbeeld. Of het werk van Evert Hartman en Henri Van Daele.
Ik zal ook nooit vergeten dat ik op mijn twaalfde met mijn grootmoeder, zus en nichten naar de Ardennen ging, en zij me een hele week niet gezien of gehoord hebben, zo hard was ik ondergedompeld in de woelige 18de eeuw. Ton van Reen schreef vijf boeken over een jongen uit die tijd. Mathijs was in dienst bij een chirurgijn, die blijkt de leider van de plaatselijke bende Bokkenrijders te zijn.

Volgens het volksgeloof waren dat handlangers van de duivel, maar zij zagen zichzelf als Robin Hoods die stalen van de rijken om het te verdelen onder de armen – lees: henzelf. Ik ontdekte dat stuk geschiedenis dankzij dit boek, dat zoveel geweld bevat dat ik aangedaan was, maar waarmee ik toch een enorme connectie had omdat Mathijs onder mijn huid kroop.
Gewone mensen in ongewone omstandigheden: daarover lees en schrijf ik nog altijd het liefst. De alledaagse realiteit is me te vlak. Wat is vandaag een historisch hoogtepunt? Corona en binnenblijven… Tja, geef mij dan maar een wereldoorlog, dan zie ik hoe kleine mensen voor grote beproevingen staan, en elke keuze op scherp wordt gesteld.’

3. 'Niets is wat het lijkt' - Aidan Chambers

‘Zeker sinds ik geschiedenis studeerde, vrees ik voor onttovering als ik mijn favoriete historische jeugdromans zou herlezen. Ik verwacht nu namelijk de perfecte balans tussen een waarachtige context die klopt met het tijdvak waarin het gesitueerd is en een meeslepend verhaal met sterk uitgewerkte personages. Ik geef toe dat ik zelf al twintig jaar naar dat evenwicht streef en dat in mijn eerste boeken het verhaal nog ondersneeuwde door mijn drang naar historische juistheid.

Uiteraard doorstaat een deel van mijn vroegere leesvoer de tand des tijds wél. Aidan Chambers’ werk hoort daar zeker bij omdat hij zijn personages en lezers au sérieux neemt. Hij snijdt grote thema’s aan op zo’n manier dat jongeren ze begrijpen, maar zonder hen te onderschatten.

In Niets is wat het lijkt reist Jacob, een Britse zeventienjarige, naar een herdenking van de Slag om Arnhem in 1944 waarbij zijn opa betrokken was. In Nederland maakt hij kennis met zijn biseksuele neef Daan, wat vragen oproept over een familiegeheim en over zijn eigen geaardheid. Ik was zelf als puber geen grote twijfelaar en worstelde niet zoals Jacob. Maar natuurlijk herkende ik die coming-of-age-periode waarin alles diep gaat en je cruciale beslissingen neemt. Daarom schrijf ik er vandaag nog altijd zo graag over.

Niets is wat het lijkt bewijst hoe juist Chambers die kanteltijd in onze levens aanvoelt, én hoe prachtig literair hij die beschrijft. Hij was ongeveer de enige die dat deed toen ik zelf een young adult was en die op die manier verhinderde dat ik – zo’n veellezer! – het lezen opgaf.’

4. ‘De wonderbaarlijke reis van Edward Tulane’ – Kate DiCamillo

‘Ik was lang boos op de bib omdat ik tot exact mijn vijftiende verjaardag moest wachten om naar de volwassenafdeling te mogen. En toen het mocht, liep ik er verloren. Niemand hielp me en ik had echt geen interesse in romans over een gepensioneerde advocaat die problemen heeft met zijn ex-vrouw. Nog altijd niet trouwens.’ (lacht)

‘Ik verviel dus even in de Grishams en flut-oorlogsverhalen, want aan goede young adult-literatuur was een totaal gebrek. Dat is nu beter, al vind ik het spijtig dat er ook veel pulp op de markt komt en ‘YA’ vaak een hokje is waarin men lezers duwt. Terwijl: we groeien toch niet in hokjes? En goede boeken overstijgen toch elke leeftijdsgrens? Neem nu De wonderbaarlijke reis van Edward Tulane, zogezegd voor negenjarigen, over een porseleinen konijn dan nog. Toch raakt het mij als volwassene diep. Edward is eerst ontzettend arrogant. Hij vindt het normaal dat iedereen van hem houdt; hij heeft tenslotte een mooi pak en oren van echt konijnenbont. Omgekeerd houdt hij van niemand, maar als hij van een schip overboord valt en daarna bij allerlei mensen terechtkomt, ontdooit zijn hart een beetje. Dat klinkt veel voorspelbaarder dan het is. DiCamillo zorgt ook voor grappige noten, bijvoorbeeld als een oudere vrouw Edward optut met jurkjes en hij in stilte razend zit te zijn, want hij is toch zeker geen meisje!
Dit boek gaat in se over liefde in al haar vormen en het deed mijn ogen tranen, net als Films die nergens draaien van Yorick Goldewijk. Ze bevestigen me in mijn geloof dat op goede boeken geen bovenleeftijd staat.’

“Ik vind het spijtig dat er ook veel pulp op de markt komt en ‘YA’ vaak een hokje is waarin men lezers duwt. Terwijl: we groeien toch niet in hokjes? En goede boeken overstijgen toch elke leeftijdsgrens?”

5. 'Een ladder naar de hemel' - John Boyne

‘Voor mijn dochter van zes koop ik elk boek dat ze wil, maar gek genoeg krijg ik zelf niet graag boeken, zelfs niet van mijn man. Maar ja, alleen ik weet precies wat ik wil lezen en zoek dat zorgvuldig uit. Daarna draag ik er heel goed zorg voor, ook al had ik Een ladder naar de hemel tegen de muur willen gooien van frustratie.

Hoofdpersonage Maurice Swift is schrijver – dat vind ik leuk om over te lezen – en hij charmeerde me direct door wat hij zei en hoe hij zich gedroeg. Tot duidelijk wordt dat hij een manipulatief klootzakje is en hij me op drie vierde van het verhaal zo kwaad kreeg dat ik het wilde wegleggen. Dat bewijst natuurlijk de kracht van de auteur, dat ik met zijn dubieuze personage toch zo sterk meeleef, hem zelfs graag ging zien. Bovendien combineert Boyne twee dingen die ik vaker in goede jeugdboeken dan in volwassen romans vind: een immersief verhaal en een rijke, zij het ongeforceerde taal. Ik voel me ook verwant aan zijn thema’s, zoals de wereldoorlogen, waardoor hij een van die auteurs is die mijn technische blik tijdens het lezen kan uitschakelen. Pas als ik zijn boek uit heb, reflecteer ik over hoe hij karakters of zinnen vormgaf.

Ik zou daar graag eens met hem over babbelen, maar blijkbaar verdwijnt hij nu even van het toneel en gaat hij een tijd niet schrijven. Dat zou mij nooit lukken, daarvoor is de drang om werelden te ontwerpen te groot. Als ik ocharme twee weken tussen boekprojecten val, voel ik me al gedesoriënteerd. Stiekem hoop ik dat Boyne iets gelijkaardigs voelt en snel terugkomt. En dan een etentje, John?’ (lacht)

“Voor mijn dochter van zes koop ik elk boek dat ze wil, maar gek genoeg krijg ik zelf niet graag boeken, zelfs niet van mijn man. Maar ja, alleen ik weet precies wat ik wil lezen en zoek dat zorgvuldig uit.”

© Michiel Devijver | Iedereen Leest


Deel dit artikel:

Mis niets van Iedereen Leest